TPMS: bandenspanningcontrolesysteem
Dit systeem is in Europa sinds 1 november 2014 verplicht (in de VS sinds 2007), wat betekent dat uw voertuig ermee is uitgerust als deze na deze datum is geproduceerd.
Praktisch gezien geeft TPMS uw bandenspanningsniveau met een indicator of waarschuwingslampje op het dashboard weer.
Hoe werkt de bandenspanningssensor?
TPMS kan met twee detectiesystemen werken: direct en indirect.
Direct systeem
Bij het directe systeem wordt de spanningsinformatie in realtime via een bandenspanningssensor in de band of het ventiel doorgegeven. Deze informatie wordt naar de boordcomputer gestuurd en op uw dashboard weergegeven. Afhankelijk van uw voertuig wordt u op een van deze manieren gewaarschuwd als dat nodig is:
Een waarschuwingslampje of signaleringslicht
Een autopictogram geeft de spanning van uw banden aan
Indirect systeem
Bij het indirecte systeem wordt de bandenspanning berekend door het bandenspanningscontrolesysteem op basis van de omwentelingssnelheid van het wiel, die ook wordt gebruikt door ABS (het antiblokkeersysteem) en ESP (het elektronisch stabiliteitsprogramma).
De omwentelingssnelheid neemt toe wanneer de diameter van het wiel kleiner is als gevolg van een te lage bandenspanning. De informatie wordt vervolgens door TPMS naar het dashboard gestuurd.
TPMS: voor- en nadelen
Het voordeel van dit systeem is dat het automatisch een waarschuwing over de bandenspanning geeft. U zou kunnen denken dat u dan niet elke maand naar het tankstation hoeft te gaan omdat TPMS u al vertelt wanneer het tijd is om de banden op te pompen. Maar dat is niet wat wij aanbevelen.
TPMS heeft één nadeel: het systeem treedt pas in werking als uw banden 20% van hun lucht hebben verloren, wat gemiddeld neerkomt op 0,4 bar.
Waarom is dit een probleem?
Omdat men ervan uitgaat dat de band bij dit spanningsniveau al onderspanning heeft en het bekend is dat een te lage bandenspanning tot voortijdige slijtage leidt.
Als uw band voortijdig verslijt, zal deze eerder dan verwacht moeten worden vervangen. Dat brengt extra kosten met zich mee.
Hoe handig deze indicator ook is, het is toch aan te raden de bandenspanning één keer per maand te controleren om te voorkomen dat u de banden voortijdig moet vervangen.
Hoe stel ik TPMS in?
U hoeft niets bijzonders te doen, want het waarschuwingssysteem is ingesteld op de optimale spanning voor uw banden. Wanneer de bandenspanning van een van de banden te laag is (d.w.z. wanneer de bandenspanning minder dan 20% van de aanbevolen spanning bedraagt), gaat er een lampje op het dashboard branden. Dit is het bandenspanningcontrolesysteem dat aangeeft om welke band van uw voertuig het gaat.
Wanneer moet TPMS opnieuw worden gekalibreerd?
Als u een andere bandenmaat kiest, is het mogelijk dat de aanbevolen spanning anders is dan die van de oorspronkelijke band.
In dit geval moet een specialist TPMS opnieuw instellen, zodat het systeem u waarschuwt als de bandenspanning daalt als gevolg van deze nieuwe bandenconfiguratie.
Bandenspanningssensor vervangen
De theoretische levensduur van bandenspanningssensoren is 5 tot 7 jaar.
Dat komt doordat bandenspanningssensoren worden blootgesteld aan corrosie, schokken en hoge snelheden bij het rijden op de snelweg.
Bij een storing kunt u contact opnemen met een specialist om de defecte bandenspanningssensor te laten vervangen.